Gewone spurrie zaden
Spergula arvensis

Gewone spurrie (Spergula arvensis) is een eenjarige plant uit de anjerfamilie (Caryophyllaceae) die vaak voorkomt op zandige bodems, vooral in akkers, tuinen en op braakliggend terrein. De plant wordt meestal tussen de 10 en 40 cm hoog en valt op door zijn fijne, lijnvormige bladeren. De stengels zijn ijl vertakt en rechtopstaand tot liggend. De kleine, witte bloemen met vijf kroonblaadjes bloeien van mei tot oktober. Gewone spurrie heeft een diepe penwortel en produceert veel zaad, wat bijdraagt aan zijn snelle verspreiding. Hoewel het in het verleden soms als veevoer werd gebruikt, wordt spurrie tegenwoordig voornamelijk als onkruid beschouwd in akkers en tuinen. De plant speelt een rol in de natuurlijke vegetatie en kan bijdragen aan biodiversiteit, maar is vanwege zijn concurrentiekracht vooral in landbouwgebieden ongewenst. Spurrie kan ook medicinaal zijn toegepast, maar dit is tegenwoordig zeldzaam.

• Zaai spurriezaad direct buiten van maart tot mei of van augustus tot september.
• Kies een zonnige plek met bij voorkeur losse, zandige grond.
• Maak de aarde fijn en egaliseer het oppervlak.
• Zaai de zaden oppervlakkig: bedek ze met slechts 0,5 cm aarde.
• Houd een afstand aan van ongeveer 5 cm tussen de zaden en 15 cm tussen de rijen.
• Geef na het zaaien voorzichtig water zodat de aarde vochtig blijft.
• De kieming vindt plaats binnen 1-2 weken.