Dreps zaden
Bromus secalinus

Dreps, ook bekend als Bromus secalinus of raaigrasdraver, is een eenjarige grassoort die tot de grassenfamilie behoort. Deze plant werd oorspronkelijk als onkruid in graanvelden gevonden, vooral bij rogge, waaraan het zijn soortnaam dankt. De aren zijn lichtgroen, langwerpig en kunnen tot 80 cm hoog worden. De bladeren zijn smal, slap en ruw behaard. Dreps bloeit van juni tot augustus met losstaande, hangende pluimen. Het zaad lijkt op dat van rogge, waardoor het in het verleden vaak werd aangezien voor graan. Door verbeterde zaadzuivering komt dreps tegenwoordig nog maar weinig voor als akkeronkruid. Hij geeft de voorkeur aan voedselrijke, omgewerkte bodems. Het wordt nauwelijks geteeld voor sierdoeleinden in tuinen, omdat het weinig esthetische waarde heeft. Dreps is historisch gezien belangrijk geweest als begeleider van landbouwgewassen, maar wordt nu vooral als lastig onkruid beschouwd zodra het zich spontaan vestigt.

• Zaai de zaden van Dreps rechtstreeks buiten vanaf maart tot mei.
• Maak de grond los en egaliseer het oppervlak.
• Zaai de zaden oppervlakkig, ongeveer 0,5 tot 1 cm diep.
• Houd een afstand aan van 8 tot 10 cm tussen de zaden om voldoende ruimte voor groei te geven.
• Bedek de zaden licht met aarde en druk zachtjes aan.
• Giet voorzichtig water na het zaaien om de bodem vochtig te houden.
• Bij het opkomen kunnen de zaailingen eventueel worden uitgedund tot een onderlinge afstand van 15 cm voor optimale groei.